Tijdens een reisrustpauze vakantie in Canada. Familiebezoek.
De vlucht vanuit Amsterdam biedt prachtzicht op, ongelukkige naam, Groenland. Wordt de kromming van de aarde zichtbaarder naarmate je noordelijker komt?
Later kruisen we de Rocky Mountains. Naar Himalaya maatstaven zijn het de Rocky Hills natuurlijk, maar ze liggen er mooi bij.
De stewardess heeft oosterse trekken, maar is niet van Chinese, Japanse of Koreaanse komaf. Ik breek me het hoofd, en besluit: Inuit.
Appartement in Vancouver’s wijk West End. Levendig, internationaal, eten uit alle windstreken. Dichtbij is Stanley Park, schiereiland met populair fiets- en voetpad er omheen. Langs de oevers in het centrum overal jachthavens. Watervliegtuigjes komen en gaan. Blinkend glas in de wolkenkrabbers. Dakloze drugsverslaafden en mensen die ’s avonds door het buiten gezette vuilnis zoeken zijn er ook.
Iedere reisgids had me dat natuurlijk ook allemaal kunnen vertellen. Maar ik kwam liever onvoorbereid, om verrast te kunnen worden.
Geparfumeerde vuilniszakken.
Elektriciteitspalen zijn boomstammen.
Geen alcohol in supermarkten.
Buitenwijken als in Amerikaanse films.
Een coyote als we ’s avonds de hond uitlaten.
De TV waarschuwing voor coyotes zal dan wel nut hebben. Maar je wordt hier te veel bemoederd.
Helmen zijn voor fietsers verplicht.
Als je een auto start springen de lichten automatisch aan.
In het glas van de buitenspiegel: ‘De auto’s die je in deze spiegel ziet zijn dichterbij dan het lijkt’.
Overal waarschuwingen – struikel niet over de drempel, hou de trapleuning vast, glij niet uit.
Wie nog nooit in een kabelbaan zat kan maar beter hulp vragen aan het personeel als ie het gondeltje instapt.
Als er bij een kinderspeelplaats geen toezicht is wordt daar op een bord op gewezen.
Er bestaat een ‘Vereniging tegen vermijdbare verwondingen’ (de dubbelzinnigheid zal de bedenkers van de naam wel ontgaan zijn):
We nemen veerboten omhoog langs de kust en dan naar Vancouver Island. Je maag gaat draaien van de tarieven, 60 euro voor een auto met twee personen. Op een autodek ruikt het naar de boot naar Kruiningen die er niet meer is, een mengeling van olie, hout en zeewater – vleug nostalgie.
We rijden door ansichtkaarten-Canada. Naaldbos, meren, sneeuw op verre bergen.
Het is me vaak opgevallen dat mensen op reis overeenkomsten zien met plekken die ze op een eerdere reis bezochten, hoewel die overeenkomsten er objectief gezien nauwelijks zijn. Ik noem het privé associaties. De mijne hier: Kham met zijn bergen en naaldbossen. Het meest in het oog lopende verschil natuurlijk: in Kham vormen de inheemse Tibetanen de meerderheid van de bevolking, hier kom je nauwelijks First Nations tegen.
Dagelijks een stop bij ‘Timmy’s’ = Tim Hortons = een soort armelui’s Starbucks = Canadees cultuurgoed. Koffie en esdoornstroopdonuts.
Een boottocht om orca’s te zien is de belangrijkste must, zegt mijn broer. En het is geweldig. We krijgen er een bultrugwalvis bij cadeau.
We lopen door een bos met douglassparren van 80 meter hoog. Genoemd naar de Schotse ontdekker David Douglas die later op expeditie in Hawaii omkwam.
We bereiken de rand van het continent en het bijna verlaten Long Beach. Vanaf hier de Stille Oceaan.